Harry Palin was een eenvoudige korporaal in het Britse leger toen hij in 1916 tijdens de slag bij de Somme omkwam. Zijn lichaam werd nooit teruggevonden. Op zichzelf geen bijzonder gegeven – de slag was immers een van de bloedigste van de Eerste Wereldoorlog en eiste honderdduizenden levens – behalve dan dat Harry de oudoom was van Michael Palin. Deze kwam op een dag een foto van een hem onbekende jongeman in uniform tegen – Harry.
door Fons van Lier
Michael is natuurlijk bekend van Monty Python en van de vele reisprogramma’s die hij de afgelopen decennia maakte, en schreef al eerder een script over de liefde tussen de vader van Harry en diens Amerikaanse vrouw, waarvan de film American Friends is gemaakt. Nu heeft hij zich dus aan het levensverhaal van zijn oudoom gezet.
Het aardige van inzoomen op een enkele persoon, zoals in dit boek gebeurt, is dat het de geschiedenis terugbrengt tot wat het in essentie is: chaos, pech, geluk en stom toeval. Michael Palins oudoom was een buitenbeentje – in zijn familie, en in zijn klasse. Hij was een nakomertje in een familie van zelfbewuste, geslaagde mensen. In tegenstelling tot zijn oudere broers en zussen maakte hij zijn school niet af en had hij moeite om zijn draai te vinden in het leven. Zoals wel vaker gebeurde in die tijd met jongere zoons die niet wilden deugen, werd hij naar een van de koloniën gestuurd – India in zijn geval. Daar werkte hij een paar jaar voor de spoorwegen, als junior opzichter – eerst in Bombay, later vanuit een provinciestadje. Na een paar jaar, en zonder promotie te hebben gemaakt, was hij dat beu en kreeg hij, opnieuw via familieconnecties, een baantje bij een theeplantage. In het vochtige noordoosten van het land. Ook dit liep op niets uit.
Mijn oudoom Harry is het verhaal van een jonge man die moeite heeft om zijn weg in het leven te vinden, en die rusteloos op zoek is naar een plek waar hij zich wel op zijn plek voelt. Die plek lijkt hij dan gevonden te hebben in Nieuw-Zeeland, waar hij een paar jaar werkt op een boerderij en ook sociaal zijn draai vindt. Hij blijft de rest van zijn korte leven per brief contact houden met de eigenaren van de boerderij en met voormalige collega’s.
Maar dan wordt het 1914 en wordt alles anders. Harry is nu dertig jaar oud en samen met een vriend meldt hij zich aan als vrijwilliger in het leger. Palin legt zo goed en kwaad als het gaat een puzzel van Harry’s dagboek, de vele brieven die hij schreef, officiële documenten en nieuwsberichten, en vormt zo het verhaal van een soldaat in de Eerste Wereldoorlog.
Probleem is wel dat er eigenlijk maar weinig bekend is over Harry. Hoe goed zijn achterneef ook zijn best doet om meer over hem te weten te komen, hij blijft een wat vage figuur. Hoewel een verwoed briefschrijver, beperkte hij zich meestal tot clichés en oppervlakkige opmerkingen. Over zijn emoties, of over wat hij heeft meegemaakt (voordat hij in Noord-Frankrijk vocht, was hij gestationeerd in Egypte en vocht hij mee in Gallipoli) kom je weinig te weten. Dus gaat zijn achterneef Michael vaak maar wat gissen. Zoals over zijn moeizame relatie met vrouwen, die wel eens voortgekomen zou kunnen zijn uit een verschrompelde teelbal (waarschijnlijk een gevolg van de bof op jonge leeftijd).
Harry begon ook een dagboek bij te houden toen hij het leger inging. Ook daarin is hij weinig mededeelzaam, zodat Michael regelmatig zijn toevlucht moet zoeken tot memoires van medesoldaten die in dezelfde tijd als Harry meevochten in Gallipoli en Noord-Frankrijk. Waar Harry zich dan beperkte tot notities als ‘weinig bijzonders’, schreven zij op dezelfde dag en plek over bombardementen, aanvallen van Duitse eenheden, enzovoort. Harry schrijft vaak meer over de inhoud van postpakketjes van familie en vrienden (sokken, tabak, chocola) dan over de oorlog, tot Michaels frustratie.
Toch komt daar in de maanden voor zijn dood wat verandering in, als hij de legerleiding bekritiseert voor (onder meer) nutteloze en slecht getimede manoeuvres en aanvallen, en hij beschrijft hoe hij uren vastzat in een loopgraaf tijdens een Duits bombardement en daar ‘als een wrak’ uit is gekomen.
Al bij al is Mijn oudoom Harry een prettig geschreven portret van een kleine man die, zoals zovelen in die tijd, werd vermalen door de geschiedenis. Dit boek is voor hem een bescheiden monument.
Michael Palin – Mijn oudoom Harry. Een verhaal over oorlog en familie (Spectrum)